Onderwerp: Teelt

De mestnormen worden nog steeds naar beneden bijgesteld. Lagere mestnormen vragen om een beter teeltmanagement om toch voldoende opbrengst van gewassen te blijven halen. Dit geldt voor zowel de (melk)veehouderij als de akkerbouw. De mestnormen verschillen per grondsoort: klei en veen en zand en löss, en het maakt uit of er sprake is van gras- of bouwland. Hieronder vindt u het laatste nieuws over mestnormen en teeltmanagement.

Teelthandleiding groenbemesters : bladrammenas (Raphanus sativus)

6 juni 2011

Bladrammenas is een weinig knolvormende vorm van rammenas en is geschikt voor alle grondsoorten. Het gewas heeft een snelle beginontwikkeling en vormt in korte tijd een massaal gewas dat gemakkelijk onkruid onderdrukt. De begingroei is wel iets minder vlot dan van gele mosterd. Bladrammenas is, vergeleken met gele mosterd, minder gevoelig voor nachtvorst. Daardoor kan het nog vrij lang doorgroeien en ook bij late zaai nog voldoende gewas vormen om het land ’s winters te beschermen. Wanneer echter de vorst intreedt vriest ook bladrammenas dood. De planten hebben penwortels, maar door de beperkte hoeveelheid zijwortels is de doorworteling van de grond en de wortelopbrengst veel minder dan bij grasgroenbemesters. De stengels en bladeren van het gewas zijn behaard. Bij vroege zaai komt bladrammenas snel in bloei, maar er zijn grote rasverschillen. Bladrammenas wordt geteeld vanwege de toevoer van organische stof, als N-vanggewas, als bietencysteaaltjesbestrijder en als bescherming van de grond tegen verstuiven Lees verder

Minder en anders bemesten : onderzoeksresultaat tuinbouw op zand; Van Lierop 2008-2010

6 juni 2011

In het kader van een heroriëntatie op bemesting in de biologische tuinbouw op zandgrond is een veldproef aangelegd op het bedrijf van Jan van Lierop in Mierlo, Noord-Brabant. Gezien de nieuwe regels op het gebied van de mestwetgeving werd gezocht naar manieren om de mineralenaanvoer te verlagen zonder de opbrengst te verlagen. In 2008, 2009 en 2010 is volgens vijf verschillende varianten bemest. In alle drie de jaren was er een reactie van het gewas wat betreft opbrengst (venkel in 2008, prei in 2010) of productkwaliteit (andijvie in 2009) op de voor het gewas beschikbaar gekomen hoeveelheid stikstof. In drie jaar lijkt er een positief effect zichtbaar van de compost op structuur en beworteling. Geen van de onderzochte varianten kan rechtstreeks gebruikt worden als alternatieve strategie voor het huidige bemestingsregime. Ze zijn té eenzijdig gericht zijn op gewas (vinasse, luzerne) óf zetten te zwaar in op bodemverzorging (Compost + vinasse). De mineralenbalansen vertonen in alle gevallen tekorten of zware overschotten (compost + vinasse). Een combinatie van beide strategieën ligt voor de hand. Lees verder

Weinig opbrengsteffect van extra fosfaatgift op zandgrond

3 juni 2011

Ten zuiden van Roosendaal loopt het Interregproject ‘Interactief fosfaatbeheer Molenbeek’, dat wordt uitgevoerd door het Louis Bolk Instituut en Royal Haskoning in opdracht van de ZLTO. Doel is om door middel van praktisch toepasbare maatregelen te werken aan een lagere fosfaatbelasting van de Molenbeek. Bij Piet de Regt, één van de deelnemende melkveehouders, is het effect van het weglaten van extra fosfaatbemesting op grasland onder de loep genomen. Lees verder

Geen structuurschade meer bij maïs

1 juni 2011

Maïs telen zonder structuurbederf van de bodem. Het kan, bewijzen ervaringen van boeren met een eigen wijze van telen. Bovendien bieden de teeltsystemen ook andere voordelen, zoals minder uitspoeling van nitraat. Wageningen UR vergelijkt de systemen en onderzoekt de voordelen. Lees verder

Benutting N uit stalmest blijft problematisch bij voorjaarsbloeiers

26 mei 2011

Voorjaarsbloeiers benutten maar weinig stikstof uit vaste rundermest. Het toepassen van groenbemesters of het doorwerken van stro blijken de stikstofbenutting niet te verbeteren. Daardoor blijft de afhankelijkheid van stikstofkunstmest in het voorjaar groot. Lees verder

Teelthandleiding consumptieaardappelen: bemesting

24 mei 2011

Het doel van de bemesting van consumptieaardappelen is het behalen van een goede opbrengst van hoge kwaliteit. Voor het bereiken van een financieel optimaal resultaat moeten de toegediende meststoffen zo efficiënt mogelijk worden gebruikt. Het vaststellen van de optimale bemesting, vooral die van stikstof, is maar beperkt mogelijk. Dit komt doordat er op de momenten waarop nutriënten moeten worden toegediend geen of weinig rekening kan worden gehouden met het nog onbekende weersverloop gedurende het groeiseizoen. Het weer bepaalt mede het verloop van processen zoals mineralisatie, denitrificatie en immobilisatie. De resultante van deze processen en de bemesting is de voor het gewas beschikbare hoeveelheid stikstof. De mineralisatie is een belangrijke factor die altijd optreedt. De omvang ervan wordt bepaald door het organische-stofgehalte van de grond, de teelt van groenbemesters, het (langdurig) gebruik van organische mest en het weersverloop. Toch is het met behulp van gewasanalyse wel mogelijk tijdens het groeiseizoen enige controle en bijsturing uit te oefenen. Daarnaast helpt eerder opgedane ervaring de effecten van zoveel mogelijk factoren te schatten en te betrekken bij de vaststelling van de Sleutelwoorden: PPO-agv, akkerbouw, gewasbescherming, geïntegreerde bestrijding, aardappelen, phytophthora, vollegrondsgroententeelt, geintegreerde teelt, bemesting Lees verder

Teelthandleiding consumptieaardappelen: inleiding

24 mei 2011

De teelthandleiding geeft een algemene beschrijving van de aspecten van de teelt die met Phytophthora te maken hebben. Sleutelwoorden: PPO-agv, akkerbouw, gewasbescherming, geïntegreerde bestrijding, aardappelen, phytophthora, vollegrondsgroententeelt, geintegreerde teelt, teelthandleding Lees verder

Nitraatconcentraties in het bovenste grondwater van de zandregio en de invloed van het mestbeleid : visualisatie afname in de periode 1992 tot 2009

23 mei 2011

De nitraatconcentratie in het bovenste grondwater van landbouwbedrijven in de zandregio is tussen 1992 en 2009 met meer dan 50% afgenomen, van 150 tot 65 milligram per liter. Het stikstofoverschot is in deze periode met 50% afgenomen. Dit is het gevolg van maatregelen uit het mestbeleid, zoals de afname van het gebruik van dierlijke en kunstmest op de weilanden. De nitraatconcentratie is procentueel meer afgenomen dan het stikstofoverschot, waarschijnlijk doordat er minder koeien in de wei staan. Door beweiding met koeien komt er via hun mest meer nitraat in het grondwater dan wanneer deze mest in de stal wordt verzameld en daarna gelijkmatiger over de weide wordt verspreid. Dit blijkt uit een analyse van de resultaten van het Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid van het RIVM. Lees verder

Efficiëntere toedieningstechnieken

18 mei 2011

De keuze van de juiste toedieningstechniek is erg belangrijk voor een optimaal bestrijdingseffect. Onderzoek naar twee technieken voor onderdoor spuiten: de spuitmuis en zakpijpen (ook wel spuitlansen genoemd) Lees verder

Stapelbemesting fosfaten : een onderschat probleem

16 mei 2011

In een artikel in De Boomkwekerij van begin oktober wordt vertelt over de positieve effecten van varkensgier op de populatie van aaltjes in vollegrondsteelten. Hans Smeets van DLV wil hier een aantal serieuze vraagtekens bij zetten. Een overmaat van fosfaat in een bodem kan leiden tot het verdringen van andere belangrijke voedingsstofffen en tal van andere problemen. Lees verder