Onderwerp: Voer

Dieren hebben voedsel nodig. Wat zij eten heeft invloed op de productie en de samenstelling van de mest. Ondernemers met een agrarisch bedrijf houden een administratie bij over de herkomst, de samenstelling en de bestemming van meststoffen. Zo maken zij inzichtelijk hoe ze omgaan met meststoffen. Hieronder vindt u het laatste nieuws dat te maken heeft met voer en mest.

Indicatie van milieurisico’s en bruikbaarheid van controlebemonstering in spoor 2 = Indication of environmental risks and utility of control sampling in track 2

2 mei 2011

De overheid stelt strenge eisen aan de verantwoording van meststromen van en naar landbouwbedrijven. Op grond van de Meststoffenwet worden de hoeveelheid aan- en afgevoerde dierlijke mest per vracht gemeten (bemonstering en analyse) en geregistreerd door middel van AGR en GPS. Dit verantwoordingssysteem, aangeduid als ‘Spoor 1’, brengt aanzienlijke kosten met zich mee. Aan de sector is ruimte geboden om met alternatieve systemen, aangeduid als ‘Spoor 2’, te komen die aan de eisen wat betreft nauwkeurigheid en handhaafbaarheid kunnen voldoen. LTO/Mestac en Mestbureau West hebben alternatieve verantwoordingssystemen voor mesttransport ontwikkeld, gebaseerd op bedrijfsspecifieke forfaits voor het N- en P-gehalte in de mest en één op één afzetcontracten tussen producent en afnemer. ASG heeft een studie verricht naar de bruikbaarheid van controlebemonstering voor bewaking van de juistheid van de specifieke bedrijfsforfaits en heeft daarnaast de milieurisico’s van de Spoor 2 alternatieven t.o.v. de milieurisico’s van Spoor 1 indicatief in kaart gebracht Lees verder

Zware metalen in de melkveehouderij : resultaten en aanbevelingen vanuit het project ‘Koeien & Kansen’

2 mei 2011

Op een landbouwbedrijf bevatten alle aan- en afvoerposten koper, zink en cadmium. Al lange tijd is bekend dat op bijna alle bedrijven de aanvoer groter is dan de afvoer, en metalen zich ophopen in de bodem. Maar hoeveel koper, zink en cadmium hoopt zich jaarlijks op? En wat kan er gedaan worden om deze ophoping te verminderen of te stoppen? Om dit na te gaan voor melkveehouderijbedrijven zijn bij de deelnemers van het project ‘Koeien & Kansen’ van 1997 tot 2001 balansen opgesteld voor de aan- en afvoer van zware metalen op het bedrijf. In dit rapport wordt een overzicht gegeven van de resultaten. Op basis van de resultaten is een analyse gemaakt van de oorzaken van de verschillen in de overschotten van zware metalen tussen de bedrijven Lees verder

Cluster mest en mineralen : beleidsondersteunend onderzoek voor het Ministerie van LNV, voortgangsrapportage 2005, annex C1: kennisoverdracht 398-I,II,III

2 mei 2011

Related Links Bekijk het volledige artikel

Voeding in de bodem niet altijd beschikbaar

2 mei 2011

Het al of niet beschikbaar zijn van voedingsstoffen voor de plant is niet alleen afhankelijk van het wel of niet toedienen van voedingsstoffen aan de bodem. De mate van CEC, pH en onderlinge concentraties van de elementen spelen hierin een belangrijke rol. Het regelmatig nemen van bodemanalyses is dus belangrijk Lees verder

Resultaten bollenteelt en boomteelt 2000-2002 : cijfers en eindrapportage

2 mei 2011

Praktijkcijfers 2 bloembollen is in 2000 van start gegaan met 30 deelnemers verdeeld over drie telersgroepen. De telersgroepen bestrijken de regio’s Noord-Holland (Noordelijk zandgebied, West-Friesland en Texel, “De Zuid”(Bollenstreek in Zuid-Holland) en Noordoost Nederland (Flevoland, Friesland, Groningen, Drenthe) en vertegenwoordigen verschillende bedrijfstypen in de bollensector. De gegevens die gedurende de looptijd van het project zijn verzameld bij de deelnemers waren in eerste instantie gericht op het kunnen berekenen van de Minasbalans. Daarnaast is informatie geregistreerd die betrekking had op de gewas- en organische bemesting. Het project Praktijkcijfers 2 in de boomteelt is in 2000 van start gegaan met 22 deelnemers, verdeeld over drie groepen. De groepen bestrijken de regio’s Noord (Friesland en Drenthe), West (West-Brabant en Zeeland) en Oost (Limburg, Gelderland en Oost-Brabant). Er zijn duidelijke verschillen tussen de bedrijven, gelet op grondsoort en teeltplan. Ook het gebruik van dierlijke meststoffen verschilt per bedrijf. De beschikbaarheid en prijsvorming van dierlijke meststoffen zijn hierbij sterk bepalende factoren. De gegevens die gedurende de looptijd van het project zijn verzameld bij de deelnemers waren gericht op het kunnen berekenen van de mineralenbalans per kalenderjaar aan de hand van de aangevoerde hoeveelheden mineralen op het land Lees verder

Orgaplus International verwacht sterke groei : natuurlijke organsche mestkorrels

2 mei 2011

Orgaplus International produceert in Hardenberg bemestingskorrels. Uniek is dat de onderneming in 24 uur kan composteren. Het bedrijf maakt gebruik van reststromen en (droge) mest. Bij het productieproces worden geen natte bijproducten voor diervoeders gebruikt Lees verder

Nikkel belangrijk voor de verwerking van stikstof : het laatste ontdekte essentiële element

2 mei 2011

Traditioneel zijn er 12 hoofd- en sporenelementen waarop de bemesting is afgestemd. Maar ook nikkel blijkt onmisbaar. Dat valt nu nog niet op omdat het als het vervuiling in meststoffen zit. Naarmate die zuiverder worden, kunnen zich problemen gaan voordoen. Nikkel is essentieel voor het functioneren van het enzym dat ureum bruikbaar maakt voor de plant. Ook speelt het een rol bij de kieming van zaden en bij de weerstand tegen ziekten. Veel is echter nog onbekend over dit element. Lees verder

Koppelen van bedrijven nog ‘up to date’

2 mei 2011

In het gebied Veluwe-IJsselvallei is in december 2008 het laatste koppelbedrijven-project afgesloten. Een project duurt echter maar zoveel jaar. Wat is er bereikt en hoe gaat het verder…. Productie van voer van eigen bodem was in het project Koppelbedrijven een belangrijk onderwerp. Het probleem is vaak de productie van krachtvoer – daar zijn vaak grote tekorten die moeten worden aangekocht. Zoals de inventarisatie aantoonde, kan de Veluwe door het vele vee nooit een gesloten kringloop realiseren. Het is onmogelijk de uitwisseling van producten binnen het projectgebied rond te zetten. Bij de westerburen in de Flevopolder is de situatie echter omgekeerd en daarom werd vanuit het project steeds meer die kant op gekeken. Een paar projectdeelnemers met veel dieren hebben afspraken gemaakt met een paar grote akkerbouwers in de polder in plaats van vele kleine afspraken met kleine bedrijven op het oude land Lees verder

Hulpmeststoffen : beschikbaarheid en opname van stikstof in de biologische teelt van zomertarwe

2 mei 2011

In 2007 heeft het Louis Bolk Instituut onderzoek gedaan naar de eigenschappen van 12 hulpmeststoffen die gebruikt kunnen worden in de biologische landbouw. De doelstelling van het onderzoek in het eerste jaar is een zo goed mogelijke karakterisering van de meststoffen, wat betreft nutriënteninhoud en het vrijkomen van minerale stikstof in de bodem, door middel van een veldexperiment. De meststoffen zijn toegepast in een bemestingsexperiment in zomertarwe (Lavett) op zeeklei. Er zijn significante verschillen gevonden in kwaliteit van de tarwe tussen de verschillende meststoffen, maar door de extreme weersomstandigheden (een droog en warm voorjaar heeft gezorgd voor een slechte kieming en uitstoeling van de tarwe) kunnen hier geen harde conclusies uit getrokken worden. Lees verder

Aardbeienteelt vollegrond en het nieuwe mestdecreet

2 mei 2011

Een aantal weken geleden werden de nieuwe MAP-normen voor de aardbeienteelt vollegrond bekend gemaakt. Specifiek voor de aardbeienteelt zijn de vele teeltvormen (klassieke augustusplanting. EVT, vermeerdering, wachtbedden, doordragers) en de opkomst/afwisseling van steeds meer variëteiten die elk hun eisen stellen. De oude regeling van 125 eenheden N/ha volstond niet en vooral bij twee combinaties kwam de aardbeienteler in de problemen. Even een overzicht van de wijziging en hoe we hierop kunnen inspelen Lees verder