Onderwerp: Akkerbouwer

Wijzer met mineralen

26 augustus 2011

Doelstelling van dit kennisoverdrachtsproject is om akkerbouwers en intermediairs maximaal gebruik te laten maken van de kennis over optimaal en efficiënt gebruik van mineralen. Zowel van de bestaande als de nieuwe kennis die de komende jaren uit onderzoek (mede vanuit het Masterplan Mineralenmanagement) beschikbaar komt. Doelgroepen in dit project zijn alle individuele akkerbouwers, akkerbouwstudiegroepen, adviseurs die zich bezig houden met mineralenmanagement, intermediairs, bestuurders/beleid en het landbouwonderwijs. Lees verder

Effect van fungiciden op vroeg ontstane stengelphytophthora in aardappelen

26 augustus 2011

Er is een aantal primaire Phytophthora-bronnen die de epidemie op gang brengen. Eén daarvan is het poten van niet zichtbaar zieke knollen. Enkele zieke knollen per hectare kunnen, bij gunstige weersomstandigheden, al een enorme ziektedruk als gevolg hebben. Dit uit zich dan in stengel-phytophthora. Omdat het dan gaat om maar een paar planten per hectare, zijn deze moeilijk terug te vinden in een perceel. Ze zullen pas ontdekt worden wanneer de zieke planten reeds een haard veroorzaakt hebben. Het is dus heel belangrijk een inschatting te maken hoeveel mogelijk zieke knollen in het uitgangsmateriaal aanwezig zijn. Er kan dan rekening gehouden worden met de middelenkeuze van de eerste bespuitingen. Het is goed om middelen te spuiten die stengelaantasting goed bestrijden. Middelen die stengel-aantastingen goed bestrijden zijn o.a. middelen op basis van metalaxyl-M en cymoxanil. Verder is gekeken in hoeverre een spuitdop invloed heeft op de effectiviteit van de bespuiting. Dit is eem samenvatting van het rapport “Het effect van spuitstrategieën en spuitdoptypen op vroeg ontstane stengelphytophthora (2005)”, er is een link naar dit rapport opgenomen. Lees verder

Mogelijkheden en waarde van alternatieve meststoffen

26 augustus 2011

Vloeibare meststoffen staan in de akkerbouw sterk in de belangstelling. Er is een breed aanbod aan vloeibare minerale meststoffen beschikbaar. De laatste jaren komen er in toenemende mate ook producten beschikbaar die afkomstig zijn uit mestscheiding en mestverwerking, luchtwassers en industriële reststromen (bijvoorbeeld uit de voedingsindustrie). Het betreft zowel vloeibare (bijvoorbeeld spuiwater) als vaste producten (bijvoorbeeld struviet). Een recente ontwikkeling is het verwerken van dierlijke mest tot mineralenconcentraten. In 2009 is een pilot gestart waarin wordt onderzocht of het mineralenconcentraat kan dienen als kunstmestvervanger. Van belang is vast te stellen welke landbouwkundige waarde deze producten hebben en of deze producten een goedkoop alternatief kunnen zijn voor gangbare meststoffen. De werking van alternatieve meststoffen is gemiddeld niet beter dan die van korrelmeststoffen. De kostprijs van het product en of een besparing op de toedieningskosten bepalen of de inzet ervan aantrekkelijk is op uw bedrijf. Daarnaast vraagt de inzet ervan maatwerk. Lees verder

Effecten van silicium op aardappel

26 augustus 2011

Uit het onderzoek naar de effecten van silicium in de teelt van (poot)aardappel kan samenvattend worden geconcludeerd dat er met betrekking tot droogtetolerantie en weerbaarheid tegen ziekten alsook uit het oogpunt van P-beschikbaarheid er perspectieven lijken te zijn voor het gebruik van Si in (poot)aardappel. Lees verder

Zomerkoolzaad op zandgrond prima te bemesten met drijfmest

25 augustus 2011

De toepassing van varkensdrijfmest in zomerkoolzaad op zandgrond geeft een gelijke zaadopbrengst als strooien van kunstmest. Dat is gebleken uit onderzoek van PPO in 2003- 2005 op Zuidoostelijke zandgrond. Vooral in het Zuidoosten is het aanbod van varkensdrijfmest hoog. Gebruik van drijfmest is goedkoper dan kunstmest. Lees verder

‘Vele regen kostte tien procent opbrengst’

23 augustus 2011

Een bemestingsplan is voor akkerbouwer Arrie van Valburg een waardevol handvat tijdens het groeiseizoen. In augustus bekijkt hij wat hij werkelijk heeft gebruikt en hoeveel ruimte hij nog heeft voor dierlijke mest. „De organische stof moet in balans blijven, anders boer je achteruit.” Lees verder

Flexibilisering van gebruiksnormen : verkenning van perspectieven voor de akkerbouw

22 augustus 2011

In dit onderzoek is nagegaan welke mogelijkheden er zijn om binnen milieurandvoorwaarden te komen tot systemen van flexibele gebruiksnormen, waarbij rekening wordt gehouden met de perceels- en bedrijfskenmerken. Er is gekeken naar zowel de stikstof- als fosfaatgebruiksnormen. Globaal kunnen er drie differentiatiesystemen worden onderscheiden: 1) het van tevoren vaststellen van een gedifferentieerde norm (inspanningsverplichting) of systemen met gedifferentieerde normen met controle achteraf via 2) het N-overschot of via 3) bepaling van de hoeveelheid minerale bodem-N in de herfst (resultaatverplichting). Lees verder

Teelthandleiding vezelvlas : bemesting

22 augustus 2011

In deze teelthandleiding wordt ingegaan op het gebruik van stikstof, groeiregulatie, fosfaat, kali en de afvoer van stikstof, fosfaat en kali bij vezelvlas. Lees verder

‘Elk perceel zijn eigen stikstofnorm’

22 augustus 2011

Vooral telers met bovengemiddelde opbrengsten en telers op marginale grond hebben moeite om hun gewassen van voldoende stikstof te voorzien. Desondanks scherpt minister Verburg van LNV de gebruiksnormen de komende jaren, in meer of mindere mate, verder aan. Wel is ze bereid om te kijken of vanaf 2010 ‘normen op maat’ mogelijk zijn. Lees verder

Invloed van stikstofniveau en -deling op eiwitgehalte en opbrengst van zetmeelaardappelen

22 augustus 2011

Telers van zetmeelaardappelen worden, door verrekening van het OWG in de prijs, uitbetaald op basis van de hoeveelheid geleverd zetmeel. Aan het eiwitgehalte en aan de eiwitopbrengst wordt door de verwerkende industrie AVEBE een toenemend belang gehecht. Voor de teler zal vooral de keuze van het ras, maar ook het niveau van de stikstofbemesting en wellicht ook deling van de stikstofgift van invloed zijn op het eiwitgehalte en op de eiwitopbrengst per hectare. Uit eerder onderzoek is gebleken dat ieder ras vraagt om een specifieke stikstofbemesting voor het bereiken van de maximale (c.q. optimale) zetmeelopbrengst. Onduidelijk is wat het effect van deling van de stikstofgift is op het eiwitgehalte en op de eiwitopbrengst. Agrobiokon heeft hier daarom onderzoek naar gedaan. Belangrijkste conclusie van het onderzoek is dat de teler vooralsnog het bemestingsregime niet hoeft aan te passen voor het bereiken van een maximale eiwitopbrengst. In de meeste gevallen wordt een hoog uitbetalingsgewicht namelijk gecombineerd met een hoge eiwitopbrengst. Nog steeds zal het bemestingsniveau en een bewuste deling van de gift per ras daarom afgestemd moeten worden op het bereiken van een maximale zetmeelopbrengst. Lees verder