Nieuwste berichten
Onderwerp: Publicaties
Eindrapport van de evaluatie van het LMM : scenario’s voor het programma vanaf 2011
5 mei 2011
Het RIVM en het LEI hebben de manier waarop het Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid (LMM) is opgezet, geëvalueerd. Op basis hiervan zijn vervolgens drie scenario’s opgesteld om het LMM vanaf 2011 vorm te geven. Alle drie de scenario’s bieden mogelijkheden om te bezuinigen. De mate waarin dat gebeurt, en de mate waarin wordt voldaan aan de eisen die de ministeries van VROM, LNV en VenW stellen aan het LMM, verschillen per scenario. De resultaten van deze evaluatie zijn getoetst door de Technische Commissie Bodem (TCB). Lees verder
Waterkwaliteit
5 mei 2011
Aparte aandacht voor de uitspoeling van nutriënten op het grupstalbedrijf in Zegveld Lees verder
Denitrificatie in de zone tussen bouwvoor en het bovenste grondwater in zandgronden
5 mei 2011
Er zijn grote variaties in de nitraatconcentratie in het bovenste grondwater van uitspoelings-gevoelige zandgronden geconstateerd. Deze variaties worden waarschijnlijk veroorzaakt door denitrificatie. In het kader van de evaluatie van de Meststoffenwet 2004 zijn studies uitgevoerd om kwantitatief inzicht te krijgen in de denitrificatie in de bodemlaag tussen de onderkant van de bouwvoor en het bovenste grondwater. De resultaten geven aan dat veenlagen en/of moerige lagen leiden tot lagere nitraatconcentraties in het bovenste grondwater. Andere bodem-eigenschappen zoals het voorkomen van klei- en leemlagen en de uitspoeling van organische stof uit de bouwvoor hebben geen duidelijk effect op denitrificatie. Geconcludeerd wordt dat de aanwezigheid van veenlagen of moerige lagen in zandgronden een extra criterium zou kunnen zijn om uitspoelingsgevoelige gronden te differentiëren. Dit geldt met name voor grondwatertrap VI. In veel zandgronden heeft afbraak van veen plaatsgevonden, zodat een bodemkartering nodig is om het areaal uitspoelingsgevoelige zandgronden met veenlagen te bepalen. Lees verder
Resultaten workshop 20 mei 2009 en achtergrondgegevens fosfaat, van leegloop naar kringloop
5 mei 2011
STOWA en Grontmij hebben samen het initiatief genomen in een workshop vertegenwoordigers van de aanbodkant van fosfaathoudende stromen, vertegenwoordigers van de vraagkant van fosfaathoudende producten en technologen met elkaar in contact te brengen om zo te komen tot mogelijkheden voor een nieuwe aanpak van de fosfaatkringloop in Nederland. Fosfaat komt van nature diffuus verspreid voor in de bodem. In het verleden bleef vanwege het op natuurlijke wijze in stand houden van lokale kringlopen op gemengde bedrijven de fosfaatvoorraad in de bodem op peil. De laatste decennia is dit evenwicht op grote schaal verstoord door de invoering van grootschalige landbouw, intensieve veehouderij en mondiaal transport van producten en grondstoffen. Grote delen van het oppervlaktewater in Nederland voldoen niet aan de doelstellingen uit de kaderrichtlijn water (KRW) vanwege een te hoog fosfaatgehalte. Dit leidt tot eutrofiering van het oppervlaktewater. Lees verder
Mest en oppervlaktewater : een terugblik 1985-2005 : deelrapportage ten behoeve van de Evaluatie Meststoffenwet 2007
5 mei 2011
Dit rapport beschrijft de kwaliteit én belasting met betrekking tot nutriënten van het Nederlandse oppervlaktewater van haarvaten tot aan de kustwateren van januari 1985 tot januari 2006. Het accent ligt hierbij voornamelijk op de regionale oppervlaktewateren in landbouwkundig ingerichte gebieden. Het rapport behandelt de vragen van de ex-post analyse uit de Evaluatie Meststoffenwet 2007: Wat is de milieukwaliteit, uitgesplitst naar te onderscheiden grondsoorten en gewassen, van het oppervlaktewater als het gaat om totaal stikstof en totaal fosfaat In hoeverre worden de vastgestelde milieukwaliteitsnormen en –doelstellingen voor totaal stikstof en totaal fosfaat in oppervlaktewater gehaald Lees verder
Uitspoelingsgevoelige gronden op de kaart : werkwijze en resultaten
5 mei 2011
Voor de uitvoering van het mestbeleid in Nederland is het van belang om de uitspoelingsgevoeligheid voor nitraat van de bodems in Nederland zo goed mogelijk te kennen. Deze uitspoelingsgevoeligheid hangt o.a. af van de grondsoort en de grondwaterstand om hiervan een inschatting te maken dienen basisbestanden van de bodem en de grondwaterstanden voldoende nauwkeurig en actueel dienen te zijn. Uit een quick scan bleek dat 47% van de oppervlakte veengronden in Oost-Nederland is gedeformeerd naar een ander bodemtype, met name zandgronden. Voor de zand- en lössgronden van Nederland is met een geostatistische methode de grondwaterdynamiek geactualiseerd en er is een methodiek ontwikkeld om op basis hiervan de landbouwpercelen op zand- en lössgronden te classificeren naar uitspoelingsgevoeligheid. Deze berekeningen zijn uitgevoerd voor verschillende scenario’s waarin is gevarieerd met de GHG grens, de areaal fractie per perceel en een kanscriterium. In het gewijzigd beleid is ervoor gekozen om niet op perceelsniveau uitspoelingsgevoelige gronden aan te wijzen. Daarom is het areaal uitspoelingsgevoelige grond ook voor pixels van 25×25 meter berekend. Voor de zandgronden bedraagt het areaal uitspoelingsgevoelige gronden met een GHG ? 70 cm en een GLG ? 120, ongeveer 335000 ha, 36% van het landbouw areaal op zandgronden Lees verder
Struviet blijkt goede meststof: markt toont interesse voor duurzame mest
5 mei 2011
Een goed idee is soms niet genoeg. Een product verkoopt pas als er ook een markt voor is. En vooral: als de markt weet dat het product bestaat. Dat laatste bleek het probleem met struviet. Deze meststof halen uit afvalwater bleek prima te werken. Maar wie wi lhet hebben? Ingewikkelde regelgeving en onbekendheid met de afzetmarkt van het product, bleken de vraag vanuit de markt tegen te houden. Het veevoerbedrijf, de aardappelproducent die het afvalwater produceert, de technnologieleverancier en het waterzuiveringsbedrijf staken de hoofden bij elkaar en kwamen gezamenlijk tot een oplossing om struviet te maken én er een afzetmarkt voor te vinden Lees verder
Minerals Policy Monitoring Programme : results for 2006 on water quality and fertilisation practices : within the framework of the derogation monitoring network
5 mei 2011
Related Links Bekijk het volledige artikel
uitspoeling van het stikstofoverschot naar grond- en oppervlaktewater op landbouwbedrijven
5 mei 2011
In deze studie is per grondsoort berekend in welke mate een stikstofoverschot bij bouwland en grasland uitspoelt naar het grond- en oppervlaktewater. Bij bouwland op droge zandgrond spoelt negentig procent van het stikstofoverschot uit. Bij grasland op veengrond is dat slechts vijf procent. Deze informatie zal door de Werkgroep Onderbouwing Gebruiksnormen worden gebruikt bij de afleiding van milieuverantwoorde gebruiksnormen voor het totale stikstofgebruik en het stikstofgebruik met dierlijke mest. Lees verder