Nieuwste berichten
Onderwerp: Publicaties
Kunnen stikstofbemestingsadviezen verder verfijnd worden op basis van bodemeigenschappen?
1 mei 2011
In deze studie is enerzijds gekeken of de indicatoren organische stof en N-totaal een voorspellend karakter hebben voor de bodemmineralisatie, de N-benutting of de maximale biomassaproductie. Anderzijds is gekeken of er een verband bestaat tussen bodemmineralisatie, de N-benutting en de maximale biomassaproductie, en of er een verband bestaat tussen de economisch optimale N-gift en de biomassaproductie bij die economisch optimale N-gift Lees verder
Geïntegreerde en biologische teelt van zomerbloemen : onderzoek 2002 en 2003
1 mei 2011
In 1999 is onderzoek gestart met als doel om een bedrijfseconomisch rendabel bedrijfssysteem voor een geïntegreerde, en op termijn biologische, teelt van zomerbloemen te ontwikkelen. In het onderzoek wordt zowel geïntegreerd als biologisch geteeld. Bij de geïntegreerde teelt wordt getracht om een lage emissie van nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen te realiseren. De biologische teelt wordt uitgevoerd volgens de SKAL-normen. Dit betekent dat er op het gebied van gewasbescherming en bemesting alleen toegestane biologische middelen en meststoffen worden toegepast. In beide systemen worden twee vrijwel identieke teeltplannen gebruikt met een vruchtwisseling van 1 op 6 of 1 op 7. De teeltplannen zijn gericht op het beheersen van bodemgebonden ziekten en plagen. In de biologische teeltplannen is Tagetes vast opgenomen in verband met doding van het wortellesieaaltje Pratylenchus penetrans. De afgelopen twee jaar is ook in het geïntegreerde blok ingegrepen met Tagetes tegen het wortellesieaaltje. In het rapport worden onderwerpen met betrekking tot het geïntegreerde en biologische teeltsysteem als vruchtwisseling, bodem en bemesting, onkruidbestrijding, gewasbescherming en stimuleren natuurlijke vijanden achtereenvolgens besproken. Voor het proefjaar 2002 en 2003 zijn de teelttechnische resultaten weergegeven. Lees verder
Bijzondere bemesting : Kansrijke strategieën voor duurzame bodemkwaliteit
1 mei 2011
Vijf biologische akkerbouwers is gevraagd naar de manier waarop zij omgaan met bemesting en bodemverzorging. Niek Vos, Wim Keupers, Anton van Vilsteren, Jaap Korteweg en Frank Haverbeke vertellen over vruchtwisseling, keuze voor teelten, compost, bodemstructuur, rijpaden en onkruidbestrijding. Lees verder
Bemesting en opbrengst van productiegrasland in Nederland
1 mei 2011
Om de gewenste milieukwaliteit te waarborgen wordt het gebruik van meststoffen vanaf 2006 begrensd. Bij het vaststellen van de gebruiksnormen voor grasland is het belangrijk te weten in welke mate de Nederlandse veehouder in staat is stikstof en fosfaat uit meststoffen om te zetten in netto gewas (door begrazing opgenomen of als kuilgras van het perceel afgevoerd). In een studie zijn rekenkundige bewerkingen losgelaten op de gegevens van 250 melkveebedrijven met productiegrasland in de periode 1998-2002, gericht op het kwantificeren van de opbrengst en meststofbenutting van het grasland naar grondsoort, intensiteit (kg melk/ha) en gebruik (maaien en beweiden) Lees verder
Mineralenbalansen bij vleesvarkens op droog- en brijvoer = Mineral balances for finisher pigs fed dry or liquid diets
1 mei 2011
Het gebruik van vochtrijke diervoeders uit de levensmiddelenindustrie in rantsoenen voor varkens is de laatste 10 jaar sterk toegenomen. Een kenmerk van vochtrijke diervoeders is echter dat ze een grote diversiteit van herkomst hebben en een variabelere samenstelling dan mengvoer. Dit kan tot gevolg hebben dat varkensbedrijven met vochtrijke diervoeders in het rantsoen meer problemen hebben om hun mineralenbalans sluitend te krijgen in vergelijking tot varkensbedrijven die alleen droogvoer verstrekken. Om na te gaan of het voeren van vochtrijke diervoeders leidt tot een (groter) mineralenverlies op de mineralenbalans in vergelijking tot droogvoer is onderzoek uitgevoerd naar de effecten van vochtrijke diervoeders en droogvoer op de mineralenbalans van vleesvarkens Lees verder
Effect van stikstofaanvoernormen 2003 op technische resultaten en N-excretie bij vleesvarkens = Effect of nitrogen reduction on performance and N-excretion in growing-finishing pigs
1 mei 2011
In het kader van de Europese Nitraatrichtlijn moet de stikstofuitscheiding verder teruggedrongen worden. In 2003 bedraagt de forfaitaire stikstofuitscheidingsnorm 11,7 kg stikstof per vleesvarken per jaar; 1,7 kg lager dan de norm voor 2000. Een van de wegen om de stikstofuitscheiding in de vleesvarkenshouderij verder te verminderen is verlaging van het ruweiwitgehalte (een maat voor het stikstofgehalte) in de voeders van vleesvarkens. Stikstof is echter een belangrijke bouwsteen voor de vorming van vlees en verlaging ervan in het voer kan de dierprestaties verminderen. In opdracht van de Productschappen Vee, Vlees en Eieren heeft Praktijkonderzoek onderzocht of deze lagere norm voor stikstofuitscheiding haalbaar was zonder negatieve effecten op de technische resultaten, slachtkwaliteit, gezondheid, en economische resultaten van vleesvarkens. In het onderzoek dat is uitgevoerd op Praktijkcentrum Sterksel, hebben we vier proefbehandelingen met elkaar vergeleken. Er was een proefgroep met gangbare ruweiwitgehalten in het startvoer en het eindvoer. Bij de overige drie proefgroepen werd het ruweiwitgehalte verlaagd in het startvoer (behandeling 2), of in het eindvoer (behandeling 3) of in beide voeders (behandeling 4). Het ruweiwitgehalte in het gangbare startvoer was berekend op 180 g/kg en in het aangepaste startvoer op 165 g/kg. In het eindvoer was ook een verlaging van 15 gram beoogd (van 165 g/kg naar 150 g/kg). De daadwerkelijk gerealiseerde verlaging van het ruw eiwitgehalte bleek echter 10 en 12 g/kg te zijn in respectievelijk het start- en het eindvoer. Door toevoeging van synthetische aminozuren is er voor gezorgd dat de gehalten aan essentiële darmverteerbare aminozuren gelijk waren in de voeders. De proefvoeders bevatten geen antimicrobiële groeibevorderaars. Per behandeling werden 144 vleesvarkens opgelegd (576 in totaal). De dieren waren gehuisvest met acht varkens per hok Lees verder
Plaatsspecifiek bijbemesten kan
1 mei 2011
Om nutriëntenverliezen te voorkomen is er in Limburg een innovatief bemestingsconcept beproefd. Bij het bemesten is rekening gehouden met de variaties binnen de percelen. De voordelen moeten niet alleen gezocht worden in een besparing op de bemestingskosten, maar vooral in een verhoging van de productkwaliteit en vermindering van de milieubelasting Lees verder
Lachgasemissie uit de Nederlandse landbouw : verkenning effecten mest- en ammoniakmaatregelen
1 mei 2011
Beschrijving van de resultaten van een integrale verkenning met het model Initiator van de effecten van verschillende beleidsmaatregelen in het kader van het mest- en ammoniakbeleid op de uitstoot van N2O (lachgas). Ter vergelijking van de resultaten van het model Initiator is ook de gangbare IPCC-methode toegepast met gebruikmaking van dezelfde data voor aanvoer en afvoer van stikstof en dezelfde schematische voorstelling van Nederland. Hoewel deze studie slechts verkennend van aard is laten de resultaten duidelijk zien dat maatregelen in het kader van het mestbeleid en ammoniakbeleid een gunstig effect hebben op de emissie van N2O Lees verder
Kennis en gedrag : een studie binnen het kader van de eindevaluatie actieplan nitraatprojecten
1 mei 2011
In opdracht van de stuurgroep Nitraatprojecten van de ministeries van LNV en VROM heeft LEI Wageningen UR een evaluatie uitgevoerd naar de mate waarin kennis vanuit het Actieplan Nitraatprojecten is doorgestroomd naar de brede praktijk: alle Minas-plichtige agrarische ondernemers in Nederland. De Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR) heeft een essentiële bijdrage geleverd aan deze evaluatie bij de opzet van het onderzoek en de interpretatie van de resultaten. Doel van het Actieplan dat in deze studie is geëvalueerd, was het tot stand brengen van projecten die zich richten op het in de agrarische praktijk ontwikkelen en verspreiden van kennis met betrekking tot mineralenmanagement, gericht op het tijdig realiseren (onderschrijden) van de Minas-eindnormen en de bijbehorende emissies. Het gaat daarbij om mineralenmanagement in ruime zin: het verbeteren van de bedrijfsopzet en/of de bedrijfsvoering om de benutting van mineralen te vergroten, dus inclusief het optimaliseren van het gebruik van dierlijke mest en het aanpassen van de mestafzet. Specifiek zijn in het onderzoek de doeltreffendheid en het doelbereik onderzocht; dat wil zeggen dat gekeken is naar de relatie tussen het instrument ‘Nitraatprojecten’ en het gedrag van ondernemers. Er is in dit deelonderzoek geen antwoord gegeven op de doelmatigheid en/of het proces van het Actieplan. Lees verder
Twintigduizend vierkante kilometer in de grote wereld
1 mei 2011
Een prognose leert, dat in 2030 een derde van de Nederlandse boeren over gebleven zal zijn. Wellicht met hetzelfde areaal agrarisch grondgebruik als momenteel: 20.000 km2. In dit essay wordt duurzaam bodembeheer geplaatst binnen een context van internationale bodemvruchtbaarheidsverschillen, landbouwproductie en handel. De relatie tussen Nederland / EU en tropische gebieden staat centraal. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen netto-exporterende landen zoals Brazilië en Thailand en de minst ontwikkelde landen (mol’s), die grotendeels in Afrika liggen en netto-importeur van landbouwproducten zijn Lees verder