Onderwerp: Algemeen

Enteric pathogens in the vegetable production chain : is the risk higher in the organic than in the conventional chain?

1 mei 2011

Related Links Bekijk het volledige artikel

Uitgangspunten voor de mest- en ammoniakberekeningen 1999 tot en met 2001 zoals gebruikt in de Milieubalans 2001 en 2002, inclusief dataset landbouwemissies 1980-2001

1 mei 2011

Uitgangspunten die gebruikt zijn bij de modelmatige berekening van de mest- en ammoniakemissies in de jaarlijks verschijnende Milieubalans. Het modelinstrumentarium is ontwikkeld door het Landbouw Economisch Instituut en wordt gevoed met generieke invoerdata afkomstig van de jaarlijkse Landbouwtelling en met specifieke uitgangspunten. Met specifieke uitgangspunten worden bedoeld de stikstof- en fosfaatexcretie per diercategorie, de ammoniakemissie van stalsystemen en mestaanwendingstechnieken, en de mate waarin de verschillende staltypen en mestaanwendingstechnieken voorkomen. Het rapport volgt de mineralenroute van opname en excretie door het dier tot en met opslag en aanwending op het land. Een scala aan bronnen vormt de basis voor de gebruikte uitgangspunten.angesloten bij de specifieke situatie in een bepaald jaar. Dit rapport beschrijft de uitgangspunten voor de jaren 1999 en 2000* (Milieubalans 2001) en voor de jaren 2000 en 2001* (Milieubalans 2002). Het *-teken geeft aan dat het voorlopige berekeningen voor dat jaar betreft.missies in de periode 1980 – 2000. Lees verder

Leg nu de basis voor de opbrengst van volgend(e) seizoen(en)

1 mei 2011

De oogst van de eerste gewassen is begonnen. Daarmee is ook het moment aangebroken om na te denken over hoe de hoogste opbrengsten in volgende seizoenen kunnen worden behaald. Eén van de belangrijkste opbrengstfactoren is de bodem. Want alleen een gezonde bodem geeft de hoogste opbrengst Lees verder

“VELD”-project : een gedetailleerde inventarisatie van de ammoniak-emissies en -concentraties in een agrarisch gebied

1 mei 2011

Related Links Bekijk het volledige artikel

Toetsing van het MLHD-concept loofdoding aardappelen op praktijkbedrijven in 2003 en 2004

1 mei 2011

Related Links Bekijk het volledige artikel

Methaanemissies voor en na plaatsing van een biogasinstallatie op De Marke

1 mei 2011

Related Links Bekijk het volledige artikel

Milieurisico’s van een aangepast forfaitair spoor in MINAS

1 mei 2011

Voor deze studie heeft het EC-LNV diverse personen uit het landbouwbedrijfsleven geraadpleegd om zich een beeld te kunnen vormen van het aantal bedrijven dat van het verfijnde spoor binnen MINAS over zal stappen naar het forfaitaire spoor en welke aanpassingen de bedrijven in het mineralenmanagement zullen aanbrengen wanneer ze op het forfaitaire spoor zijn overgestapt. Aan de hand van inschattingen van het deelnamepercentage aan het forfaitaire spoor en de aanpassingen in het mineralenmanagement is vervolgens een modelmatige berekening gemaakt van de totale hoeveelheid fosfaat en stikstof die buiten de MINAS-administratie om bemest kan worden. De geraadpleegde personen uit het bedrijfsleven verwachten dat slechts weinig veehouders de overstap naar het forfaitaire spoor zullen gaan maken. Men verwacht dat maximaal 10% van de varkenshouders en zelfs nog een lager percentage pluimveehouders de overstap zal maken. Op de melkveehouderij heeft deze wijziging naar verwachting nauwelijks invloed. De lagere deelname wordt veroorzaakt door de volgende aspecten: 1. Het forfaitaire spoor kent geen mogelijkheid tot saldo-opbouw. 2. In de akkerbouw zal vooral vraag zijn naar verfijnde mest. 3. Er zal geen verschil optreden in mestafzetkosten tussen het forfaitaire en verfijnde spoor. 4. Ongunstige forfaits. Uit de analyse blijkt dat alleen bedrijven met een hoger mestvolume per dier dan het gemiddelde voor het forfaitaire spoor zullen kiezen. Deze bedrijven hoeven in het forfaitaire spoor niet alle in het jaar geproduceerde mest meer van het bedrijf af te voeren. Uit de gesprekken met het bedrijfsleven blijkt dat deze mest in veel gevallen op het eigen bedrijf of in de directe omgeving wordt aangewend bovenop de wettelijk toegestane hoeveelheid. Het gaat hier dus om overbemesting. Indien 10% van de varkenshouders en 5% van de pluimveehouders voor het forfaitaire spoor kiezen en de spreiding in het mestvolume per dier een standaardafwijking kent van 20%, zal er ongeveer 1 miljoen kg fosfaat en 1,7 miljoen kg stikstof buiten de MINAS-administratie blijven. Deze mest zal vooral op het eigen bedrijf of in de onmiddellijke omgeving worden aangewend. Aangezien de meeste intensieve veehouderij bedrijven in de concentratiegebieden liggen, zal het risico op overbemesting daar het grootst zijn. Met de hier genoemde uitgangspunten kan er daar per ha kan een overbemesting plaats hebben van 8 tot 38 kg fosfaat en van 14 tot 64 kg stikstof, afhankelijk waar de mest wordt aangewend. Indien alle mest op het eigen bedrijf wordt aangewend dan gelden de hoge waarden, maar is het overbemeste areaal beperkt tot ongeveer 30.000 ha. Als de mest wordt verdeeld over al het maïsland in de concentratiegebieden dan gelden de lage waarden en bedraagt het overbemeste areaal ruim 100.000 ha. Lees verder

mest- en ammoniakmodel

1 mei 2011

Related Links Bekijk het volledige artikel

Kunstmeststrooiers breed uitgemeten

1 mei 2011

De laatste jaren is er een duidelijke ontwikkeling gaande binnen de wereld van de kunstmeststrooiers. Niet alleen wordt er alles aan gedaan om op het gebied van de effectieve werkbreedte de veldspuiten bij te houden. Ook ten aanzien van de strooicomputer, het wegen en het plaatsspecifiek kunstmeststrooien met behulp van GPS is er veel gaande. Enkele modellen worden getest Lees verder

Beddenbemester brengt stikstof op de juiste plaats

1 mei 2011

Een goede stikstofvoorziening bij een minimale milieubelasting is voor telers en overheid een belangrijke kwestie. PPO Bloembollen ging op zoek naar mogelijkheden om met lagere kunstmestgiften toch een gelijke opbrengst te halen. Beddenbemesting kan hiervoor geschikt zijn Lees verder