De mestexport en –verwerking in Vlaanderen blijft stijgen. De sterkste groei is te zien bij de export van onbehandelde mest: een stijging van 18 procent tot 7,2 miljoen kilo stikstof.
Van die 7,2 miljoen kg stikstof is er 5,6 miljoen kg stikstof afkomstig van pluimveemest. Dat meldt de Vlaamse Landmaatschappij (VLM). Relatief steeg de export van niet-pluimveemest het sterkst in 2012. In vergelijking met 2011 werd er meer dan 1 miljoen kg extra stikstof uit voornamelijk onbehandelde varkensmest geëxporteerd (1,6 miljoen kg stikstof in 2012 tegenover 571.000 kg stikstof in 2011). Onze zuiderburen exporteerden vooral opvallend meer onbehandelde mest naar Nederland.
Bijna de helft van de mestverwerking gebeurt door de dunne fractie van mest biologisch te behandelen. In 2012 werd in totaal 15,8 miljoen kg stikstof via die techniek verwerkt tot onschadelijk stikstofgas, een stijging met 15 procent ten opzichte van 2011. De export van behandelde mest (bijvoorbeeld na vergisting, compostering of droging) steeg in 2012 met 7 procent, tot 11,1 miljoen kg stikstof. Daarnaast verwerkten landbouwers in hun stallen zelf 270.000 kg stikstof met behulp van een zure luchtwasser of een biologische luchtwasser met nabehandeling.
Per kilogram stikstof die verwerkt of geëxporteerd wordt, kent de Belgische Mestbank één mestverwerkingcertificaat (MVC) toe. Zo ontvingen eind mei 136 landbouwers en 134 mestverwerkers MVC’s voor 2012. 841 landbouwers kregen MVC’s voor de export van ruwe mest in 2012. Landbouwers kunnen mestverwerkingcertificaten gebruiken om te voldoen aan de mestverwerkingplicht. Een bedrijf dat een “bedrijfsontwikkeling na bewezen mestverwerking” of een “overname van nutriëntenemissierechten mits mestverwerking” aanvraagt, moet met MVC’s bewijzen dat het voldoende extra mest heeft verwerkt. Dat kan sinds vorig jaar via het digitale MVC-loket dat geïntegreerd is in het e-loket van de Mestbank.