De Nederlandse veestapel scheidde in 2012 165,2 miljoen kilo fosfaat uit via dierlijke mest. Dat is een daling van 4,5 miljoen kilo ten opzichte van 2011.
Dat blijkt uit voorlopige cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). De Europese Commissie heeft Nederland in afspraken over derogatie een plafond opgelegd van 173 miljoen kilo fosfaat. Daar blijft Nederland voor het tweede achtereenvolgende jaar royaal onder. De totale stikstofproductie in mest lag in 2012 op 465 miljoen kilo. Hierbij blijft Nederland al sinds 2002 onder het plafond van 504 miljoen kilo dat door de Europese Commissie is bepaald.
De fosfaatproductie uit dierlijke mest van de varkenshouderij bedroeg in 2012 in totaal 40,3 miljoen kilo en lag daarmee 7,8% lager dan in 2011. De oorzaken worden gezocht in een afname van de varkensstapel. Er werden gemiddeld 4% minder zeugen gehouden en 1% minder vleesvarkens. Daarnaast verbeterde de voederconversie.
In de rundveehouderij nam de fosfaatproductie in mest met 1,1% af tot 89,2 miljoen kilo. Een lager fosforgehalte in het mengvoer had tot een daling van 2,9% kunnen leiden, maar er werd in de sector meer voer gebruikt dan in 2011. De Fosfaatuitscheiding via de mest in de pluimveehouderij bedroeg vorig jaar 27,7 miljoen kilo. Dat is 1,4% minder dan in 2011. De daling wordt hier toegeschreven aan het feit dat er in 2012 gemiddeld 4% minder leghennen werden gehouden in vergelijking tot een jaar eerder.