Na de tweede Wereldoorlog heeft in Europa, in navolging van de USA en Rusland, een versnelde omvorming plaatsgevonden van de landbouw naar vermeend industrieel model. Schaalvergroting, uniformering en mechanisering moesten de toepassing in de landbouw zekerstellen van grootschalige 'fabrieksmethoden'. Kunstmest speelde hierin een centrale rol omdat hij de 'high input' scheen te verzekeren los van de organische stof en dus ook vergaande ontkoppeling leek toe te staan van deze typisch lokale grootheid. Tezamen met introductie van werkzame bestrijdingsmiddelen leek ongelimiteerde kunstmest de doorbreking toe te staan van de lokale organische stof kringlopen waaraan de landbouw vanouds gebonden was geweest. Niet langer bepaald door lokale bronnen en ervaring leek deze nieuwe kunstmestlandbouw zich bij uitstek te lenen voor centraal onderzoek, ontwerp en directie. In de naoorlogse decennia sprak hij in 'bijzonder tot de verbeelding van die beleidsmakers en economen die haast gebiologeerd waren door de vermeende mogelijkheden van een totale industrialisering van 'de productie' (waarvan dan ook).
Related Links