Binnen Netwerk Praktijkbedrijven worden veel gegevens verzameld om de invloed van verschillende onderdelen van de bedrijfsvoering op de ammoniak- en methaanemissie in de praktijk vast te stellen. Op 15 onderzoeksbedrijven hangen sinds 2021 sensoren in de stal die onder andere concentraties van ammoniak en methaan continu meten. Vanuit deze stalmetingen is nu een wetenschappelijk rapport gepubliceerd door Wageningen Livestock Research met de eerste tussenresultaten. De ammoniak- en methaanemissies uit de melkveestallen waren lager dan in eerdere metingen.
De ammoniak- en methaanemissies uit de stal blijken lager te zijn dan bij eerdere stalmetingen, voorafgaand aan Netwerk Praktijkbedrijven. Een opvallende conclusie is dat sturen op ventilatie wel eens een belangrijke stalmanagementmaatregel kan worden om de emissie van ammoniak te verminderen.
Over de volle lengte van de stal hangt een leiding met monsterpunten om de concentraties van ammoniak, methaan en CO2 continu te meten met sensoren. Ook buiten de stal worden deze concentraties gemeten, omdat het verschil tussen de binnen- en buitenlucht de emissie vanuit de stal bepaalt. Naast continue metingen vinden er zesmaal per jaar puntmetingen plaats waarop de continue metingen geijkt worden.
De puntmetingen over drie jaar bij de 15 bedrijven komen uit op een gemiddelde van 9,8 kilo ammoniak per dierplaats per jaar. Dat is 29% lager dan het resultaat van eerdere stalmetingen, voorafgaand aan Netwerk Praktijkbedrijven. Bij deze eerdere gezamenlijke studie, uitgevoerd in 18 melkveestallen, kwam de gemiddelde ammoniakemissie over twee jaar uit op 13,8 kilo per dierplaats per jaar.
9 kilo per dierplaats per jaar
De continue stalmetingen komen op de 15 bedrijven uit op een gemiddelde ammoniakemissie van 9,0 kilo per dierplaats per jaar. Er blijkt een grote spreiding binnen bedrijven, maar ook tussen bedrijven en tussen jaren. De laagste gemiddelde ammoniakemissie gemeten over 3 jaar was 6,4 kilo en de hoogste was 12,9 kilo per dierplaats per jaar. Waardoor deze verschillen komen wordt nader geanalyseerd.
De gemiddelde methaanemissie over drie jaar, gemeten met puntmetingen van de 15 bedrijven, komt uit op 160 kilo per dierplaats per jaar. Dat is 17% lager dan in de eerdere studie voorafgaand aan Netwerk Praktijkbedrijven, waarin een gemiddelde methaanemissie van 193 kilo per dierplaats per jaar werd gerapporteerd. De continue stalmetingen komen op de 15 bedrijven uit op een gemiddelde methaanemissie van 153 kilo per dierplaats per jaar. De laagste gemiddelde methaanemissie over drie jaren was 101 kilo en de hoogst gemiddelde was 302 kilo per dierplaats per jaar.
Ondanks dat het ruw eiwitgehalte van de 15 bedrijven gemiddeld met 1,9% is gedaald, is volgens de continue stalmetingen de ammoniakemissie in de stallen met 2,7% toegenomen met 2,7%. In de metingen is een relatie zichtbaar tussen het ventilatiedebiet en de ammoniakemissie bij verschillende temperaturen, waarbij de ammoniakemissie stijgt wanneer de ventilatie toeneemt. Ook is er een relatie gevonden tussen de staltemperatuur en ammoniakemissie, waarbij de ammoniakemissie stijgt bij een hogere temperatuur.
De weersomstandigheden leidden in meetjaar 3 tot een 4% hogere temperatuur in de stal en een 9,5% hogere ventilatiedebiet ten opzichte van meetjaar 1. Deze stijgingen in temperatuur en ventilatiedebiet zouden een verklaring kunnen zijn voor de licht toegenomen ammoniakemissie in de stallen van de 15 bedrijven. En hierdoor kan het effect van een daling in ruw eiwitgehalte op de ammoniakemissie mogelijk vertroebeld worden.