Beschikbare meststoffen goed benutten en een hoger N-bodemoverschot voorkomen. Dat is het doel van het advies van de Commissie Bemesting Grasland en Voedergewassen (CBGV) waarin gezegd wordt de bemesting aan te passen bij droogte. Dat meldt Verantwoorde Veehouderij.
Zolang de vochtvoorziening goed is, kan normaal worden bemest. Als het gras last van droogte begint te krijgen, en niet beregend wordt, worden de snedeopbrengsten lager dan waarvoor bemest is. Achteraf gezien is er dus teveel N gegeven. Het advies is om op de volgende snedegift een kwart van de N te korten.
Als de droogte blijft zal de opbrengst van de volgende snede ook flink lager zijn dan normaal. Pas de benodigde bemesting aan op de veel lagere opbrengst. Van de snedegift die daarbij hoort moet de correctie van de 25% teveel gegeven stikstof van de vorige snede ook nog af.
Op www.verantwoordeveehouderij.nl wordt een bemestingvoorbeeld gegeven.
