Op een aantal nertsenhouderijen die niet besmet zijn met het coronavirus, dreigen problemen met de mestopslag. Deze bedrijven moeten daarom op korte termijn de mest kunnen afvoeren. Dat hebben de ministers Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en De Jonge van Volksgezondheid aan de Tweede Kamer gemeld. Bedrijven mogen de mest onder voorwaarden afvoeren, zo meldt AgriHolland.
De mest van nertsen mag alleen direct op het land worden gebracht en ondergewerkt. Een alternatief is een opslag voor minstens drie weken op een andere plek of afvoer van de mest naar een verwerkingsinstallatie waar de mest tot zeker 70 graden moet worden verhit. Tijdens het opladen, afvoeren en verdere verwerking gelden speciale veiligheidsregels voor de vervoermiddelen en de mensen die daarbij betrokken zijn.
Ook van nertsenfokkerijen die door corona zijn getroffen en preventief zijn geruimd, moet de mest op termijn worden afgevoerd. De mest moet daar minimaal 3 weken blijven liggen. Daarna zal de Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit in individuele gevallen en op aanvraag ontheffing verlenen van het vervoersverbod. Mest van besmette bedrijven mag alleen worden afgevoerd naar een biogasinstallatie waar de mest tot een temperatuur van zeker 70 graden wordt verhit.