Het streven is nog steeds om de wijzigingen in de Meststoffenwet per 1 januari 2014 in te voeren. Dat schrijft staatssecretaris Dijksma van Economische Zaken aan de Tweede Kamer.
Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) en Wageningen UR zijn gevraagd een oordeel te geven over de mate waarin is zeker gesteld dat voldoende mestverwerkingscapaciteit wordt gerealiseerd en wordt bijgedragen aan overige aan veehouderij verbonden milieudoelen. De regering verwacht dat oordeel in het najaar en wil nu niet vooruitlopen op de interpretatie daarvan.
De regering gaat invulling geven aan de delegatiegrondslagen die in het wetsvoorstel zijn opgenomen. Er is een algemene maatregel van bestuur in voorbereiding waarin de registratie van mestintermediairs en de mogelijkheid van schrapping of weigering daarvan uitwerking krijgen. Ook zullen nadere bepalingen inzake de administratie van boeren en mestverwerkende ondernemingen die noodzakelijk zijn voor de controle op de verwerkingsplicht vorm moeten krijgen. Verder wordt een ministeriële regeling voorbereid, waarin de verwerkingsplicht voor het jaar 2014 is vastgelegd. In die regeling zullen ook afnemers worden aangewezen waarnaar boeren dierlijke meststoffen mogen afvoeren als alternatief voor de verwerkingsplicht. Het bedrijfsleven wordt betrokken bij deze nadere uitwerking.
Vanwege het krappe tijdpad is het ministerie van Economische Zaken al gestart met de voorbereidingen voor de algemene maatregel van bestuur, om zodra de behandeling van het wetsvoorstel door de Tweede Kamer is afgerond, een ontwerp van een algemene maatregel van bestuur voor advies aan de Raad van State voor te leggen. Dienst Regelingen van het ministerie van Economische Zaken zal via de gebruikelijke kanalen de boeren informeren over de verplichtingen die vanaf de inwerkingtreding van het wetsvoorstel van kracht worden. De Europese Commissie is ook op de hoogte van de inhoud van het gewijzigd wetsvoorstel. De Europese Commissie is hierover ambtelijk op de hoogte gesteld. Bovendien was het oorspronkelijke wetsvoorstel genotificeerd bij de Europese Commissie en die notificatieprocedure is afgerond.
De aanpassing van de informatiesystemen wordt dit jaar afgerond en is daardoor op tijd gereed voor de uitvoering van het stelsel van verplichte mestverwerking. Hiermee is naar verwachting een investering van in totaal 2 miljoen euro gemoeid. Hiervan is 1,2 miljoen euro besteed in 2012 en zal naar verwachting nog 0,8 miljoen euro worden besteed in 2013. De structurele kosten voor uitvoering en handhaving zijn mede afhankelijk van de nadere uitwerking van de bepalingen uit het wetsvoorstel in de onderliggende maatregel van bestuur en ministeriële regeling. Een voorlopige inschatting van de kosten komt uit op een bedrag variërend van 1 tot 3 miljoen euro.