Het telen van een groenbemester heeft voor- en nadelen. Een van de voordelen is dat met een groenbemester verse organische stof aangevoerd wordt en er binding van stikstof plaatsvindt. Ook kan een groenbemester gebruikt worden tegen het bestrijden van aaltjes. Het is belangrijk de juiste groenbemester te kiezen.
Het telen van groenbemesters heeft voor- en nadelen. De voordelen zijn de bescherming van de grond en de toevoer van organische stof. Deze leiden direct of indirect tot hogere opbrengsten op korte of lange termijn. Daar staat tegenover dat het telen van een groenbemester tijd en geld kost. Bij het goed telen van bijvoorbeeld een groenbemester onder dekvrucht is een stuk vakmanschap onmisbaar en ook het onderploegen van een groenbemester moet met zorg gebeuren. Tijdens de teelt is er eveneens aandacht nodig om eventuele nadelige gevolgen van groenbemesters te voorkomen.
De belangrijkst voordelen van een groenbemester zijn:
Aanvoer organische stof
Vastleggen van stikstof
Bestrijden van bodemziekten en plagen
Mogelijkheid tot voederwinning (sommige soorten)
Bestrijden wortelonkruiden (sommige soorten)
Extra stikstofruimte
Onkruidreductie
Verminderen verslemping
Binnen het stelsel van gebruiksnormen is er de mogelijkheid om voor de teelt van een groenbemester extra stikstof te mogen gebruiken. Deze norm is voor niet vlinderbloemige groenbemesters 60 kg stikstof en voor vlinderbloemige groenbemesters 30 kg stikstof. Om deze norm te mogen benutten, moet er voldaan worden aan bepaalde voorwaarden.
Kijk voor meer informatie over groenbemester op Kennisakker.
Kijk hier voor een teeltadvies en keuze voor welke groenbemester.