Vergisting en co-vergisting van dierlijke mest staan sterk in de belangstelling van de agrarische sector en kunnen een bijdrage leveren aan het verminderen van de uitstoot van broeikasgassen en het halen van de Kyoto doelstelling van Nederland. In dit project zijn richtlijnen opgesteld voor de beoordeling van de milieueffecten van co-vergisting van mest. Op basis van deze richtlijnen is een transparante, eenvoudige en robuuste systematiek uitgewerkt. Deze beoordeling van de algemene milieuverdienste is breder dan alleen de emissie van broeikasgassen CO2 en CH4. Ook ruimtelijke en landschappelijke aspecten zijn van belang. Een dergelijke beoordeling is noodzakelijk om zinvolle keuzes in energie- en klimaatbeleid in relatie tot landbouw te maken. De belangrijkste conclusie over duurzaamheid van co – vergisting: duurzamer dan vergisting van mest alleen, is energetisch duurzamer naarmate het aandeel co – substraat groter wordt maar er zijn dan wel meer emissies van het lachgas (N2O) maar wel met een netto vermindering van broeikasgassen in CO2 equivalenten. Voor een bijdrage van bijvoorbeeld 10% aan de vraag naar elektriciteit in Nederland is bijna de helft van de huidige 900 duizend ha akkerland nodig
Related Links